Recensie: De trein van vier over twaalf

Een schitterend verhaal over rouw bij een kind, dat is het boek ‘De trein van vier over twaalf’. Het boek heeft een mysterieus tintje en is wat mij betreft een absolute aanrader om als samenleesboek te gebruiken in de klas en dan mooie gesprekken te voeren over de inhoud. Een recensie met lesideeën…..

De trein van vier over twaalf

Het verhaal

Nicolaus is in het ziekenhuis. Hij kijkt hondenfilmpjes op zijn telefoon. Het is nacht, wat doet een kind midden in de nacht in een ziekenhuis?
Zijn moeder ligt op haar sterfbed. Nicolaus wil hier niet zijn. Zijn vader zegt dat het bijna zover is en Nicolaus vlucht weg uit de kamer. Hij rent naar de liften en ontdekt daar een k opje dat er eerst nog niet zat. Nieuwsgierig drukt hij op het knopje. De liftdeuren sluiten en hij wordt naar een vreemde, onbekende verdieping gebracht. Nicolaus is op het Laatste Station gearriveerd; de plek waar iedereen ooit heen zal gaan. Toch? Op de een of andere manier is de tijd gestopt, twee minuten voordat zijn moeder overlijdt. Maar wat doe je als je erachter komt dat je de tijd stil kunt laten staan en zelfs door de tijd kunt reizen? Kun je het verleden veranderen? Of de toekomst?

Mijn mening

Een schitterend boek over rouw en verdriet wat een kind probeert uit te stellen of zelfs niet mee te maken door op een bijzondere manier terug in de tijd te reizen. Tijdens deze reizen krijgt Nicolaus een bijzonder leerzame boodschap. Deze boodschap maakt dat het boek een aanrader is voor jong en oud.

Lesideeën

Sociaal-emotioneel

Lees hoofdstuk 3, bladzijde 42 tot en met 47 voor. Bespreek daarna één of meer van de onderstaande vragen:

Wie is er bij jou thuis, wanneer je uit school komt?
Wie kookt er bij jou thuis eten?
Wie is jou zo dierbaar, dat je hem of haar graag nog een keer zou willen spreken ook al kan dat niet?
Is er een moment in de tijd dat jij graag zou overdoen? Welk moment is dat? Wat zou je ander willen doen?

Minileesles

Lees hoofdstuk 1, bladzijde 5 tot en met 6 voor. Geef daarna één van de volgende leesvragen mee:

Dit boek is geschreven in de ik-vorm. In welke vorm is jouw boek geschreven?
Nicolaus is in het ziekenhuis, waar is jouw hoofdpersoon in het stukje tekst dat jij leest?