De eerste vier weken van het schooljaar worden ook wel de ‘Gouden Weken’ genoemd. De insteek van deze weken is werken aan een positief groepsklimaat. In dit tweede deel van de reeks over de ‘Gouden Weken’ lees je welke fases de groep deze eerste vier weken doormaakt en wat de leerkracht in deze fases kan doen…..
Een groep mensen, ofwel meerdere mensen bij elkaar die één leider hebben en gezamenlijk een doel hebben. Als mensen leven we al lang in en met groepen, we zijn, ook uit historisch oogpunt, zelfs afhankelijk van een groep op te overleven. Denk hierbij aan voedsel en bescherming. Groepen bestaan dus al heel lang, en er is dus ook al heel wat onderzoek naar de vorming van groepen gedaan. Tuckman heeft in 1965 een fasemodel voor groepsvorming beschreven:
- forming
- storming
- norming
- performing
- adjourning
Wanneer de leerkracht deze fases kent en hier op kan inspelen, kan de leerkracht de regie voeren over heg groepsproces en zo voorkomen dat de leerlingen zelf bepalen wat de normen van de groep worden (Bijlsma, 2015).
Forming
In de formingfase, die maximaal twee weken duurt, is het over het algemeen relatief rustig in de klas. De leerlingen zijn elkaar aan het aftasten. Conflicten en serieuze onderwerpen worden gemeden en de leerlingen zijn gefocust op zichzelf.
In deze fase is het belangrijk om veel kennismakingsoefeningen te doen, ook bij groepen die al langer bij elkaar zitten! Als leerkracht is het belangrijk om in deze fase duidelijk, maar vriendelijk te laten weten dat jij er als leerkracht bent. Daarnaast is het belangrijk om met leerlingen veel oogcontact te zoeken.
Storming
In de stormingsfase, die maximaal twee weken duurt, voelt het een beetje aan als een storm in de klas. In deze roerige fase wordt de pikorde in de groep bepaald. De leerlingen zijn in deze fase kritisch op elkaars gedrag en ontwikkelen een voorkeur voor een leider en een type leiderschap.
In deze fase is het belangrijk om als leerkracht samen met de groep aandacht te besteden aan het formuleren van groepafspraken en deze ook (bij voorkeur visueel ondersteund) zichtbaar te maken in de klas. Wanneer de leerkracht de groep in deze fase niet actief begeleid zal de informele leider bepalen wat de regels zijn. Dit kan positief uitpakken bij een sociaal sterke leider. Het is echter ook mogelijk dat er een leider ontstaat die sociaal niet sterk is. Dan zal het leiderschap gebaseerd worden op macht, waardoor er sprake is van heers en verdeel. Meestal heeft dit ook negatieve gevolgen op sociale en cognitieve ontwikkeling van de groep.
Norming
In de normingfase wordt het uiteindelijke doel van de groep gekozen en wordt er (non-)verbaal bepaald hoe de groepsleden met elkaar om willen gaan. De groepsregels vanuit de storming worden definitief vastgesteld. Er is hierbij onderscheid tussen drie soorten regels:
- schoolregels
- klassenregels
- omgangsafspraken.
De schoolregels en klassenregels worden bepaald door de school en door de leerkrachten. Hierbij is de aanbeveling om niet meer dan 5 schoolregels en 5 klassenregels op te stellen. De consequenties voor het overtreden van deze regels worden ook door de school en leerkrachten bepaald. Bij de omgangsafspraken worden de consequenties (vaak non-verbaal) door de leerlingen bepaald.
De leerkracht moet in deze fase veel aandacht besteden aan de regels en afspraken deze ook inoefenen met de leerlingen. Als leerkracht is het verstandig om dit proces intensief te begeleiden, waarbij je laat merken dat ieders mening wordt gewaardeerd. Ook kun je leiders inzetten bij verantwoordelijke taken, waarbij ze rekening moeten houden met de belangen van de groep.
In deze fase is het van belang om tijd te besteden aan groepsvormende activiteiten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan levend stratego.
Wanneer er na deze fases veel onrust blijft bestaan, is er vaak sprake van onduidelijkheid m.b.t. de normen en waarden ofwel de regels en afspraken.
Regels en afspraken, tijdens en ná de Gouden Weken
Ook na de Gouden Weken is het belangrijk om aandacht te blijven besteden aan de regels en afspraken. Bij duo-banen loont het om na iedere wissel (tot en met de herfstvakantie) de regels en afspraken te herhalen. Daarnaast is het ook van belang om na iedere vakantie even opnieuw (10 minuten) aandacht te besteden aan de regels en afspraken. Hierbij is het handig wanneer deze visueel zijn in de klas. Zo kunnen deze worden geprint en opgehangen (misschien zelfs voorzien van een handtekening van de leerlingen). Het is ook erg leuk om de leerlingen zelf een poster te laten maken bij de regels en afspraken. Op deze manier worden ze eigenaar van de regels en afspraken.
Meer lezen?
Bronnen
Bijlsma, J. (2015) Klasse(n)kracht: met respect voor de klas.
Bijleveld, B. (2017) De Gouden Weken. Groepsvorming en ouderbetrokkenheid
3 gedachten over “De Gouden Weken: forming, storming en norming”